Agressiecoach? Wat? Hoe? Waarom?

Een korte kennismaking met enkele docenten van het opleidingstraject agressiecoach

Sinds voorjaar 2019 biedt Escala het 5-daagse opleidingstraject ‘Agressiecoach’ aan. Dit vanuit de overtuiging dat het mogelijk is om het risico op agressie en geweld terug te dringen en de effecten ervan te beperken door middel van preventie, controle en nazorg. 
De opleiding omhelst 5 verschillende modules. Het finale doel voor de deelnemers is om beter te kunnen omgaan met agressie-incidenten en om zelf een agressiebeheersingsbeleid te kunnen opstellen, op zowel macro- als microniveau. Dit profiel is er enerzijds op gericht om het aantal incidenten op de werkvloer te beheersen en om individuele agressie-incidenten meer de-escalerend en contextueel te kunnen benaderen. De modules kennen een logische opbouw en worden door verschillende docenten, elk met hun eigen specialisatie en specifieke achtergrond, gegeven. 
Om zichzelf en hun aanpak kort aan u voor te stellen, schotelden we docenten Mike De Clercq, Sofie De Pauw en Stéphanie van Neder een aantal korte vragen voor. 

Welk onderdeel van het traject agressiecoach doceert u? 

Mike De Clercq:
Ik doceer module 2 en 4, dit zijn de module ‘Ontwikkelen van een agressieprotocol’ & ‘Omgaan met fysieke agressie’. 

Sofie De Pauw:
Ik doceer module 1, “Psychosociaal welzijn na een agressie-incident”, over omgaan met agressie en intimidatie, waarin ook het resultaatsgericht communiceren met moeilijke personen ruimschoots aan bod komt. 

Stéphanie Van Neder:
Module 5 - “Opvang en nazorg na een agressie-incident”

Kunt u wat meer vertellen over uw aanpak, methodologie?

Mike De Clercq:

Module 2 ‘Ontwikkelen van een agressieprotocol’: 
Aan de hand van het “5W-model” willen we een leidraad aanbieden om een agressiebeleid vorm te geven.Ik geef een theoretische aanzet met het model en illustreer dit met concrete voorbeelden uit de praktijk. Hierbij probeer ik zoveel mogelijk de deelnemers te betrekken door hen te bevragen naar hun concrete situatie. Op deze manier ontstaat er een dialoog met de verschillende deelnemers en kunnen mensen van elkaar leren. 
Er wordt ook gebruik gemaakt van de “agressiescan”, waarbij deelnemers hun huidige beleid kunnen toetsen en bepalen wat er prioritair moet worden aangepakt. De agressiescan kan door meerdere mensen binnen hun organisatie ingevuld worden. Op deze manier kan men intern aan de slag en kan er de laatste dag een terugkoppeling gedaan worden.

Module 4: “Omgaan met fysieke agressie’: 
Tijdens de sessie fysieke afweertechnieken worden een 20 tal technieken aangeleerd, die de cursist in staat moeten stellen zichzelf te bevrijden. Het “slachtoffer” kan zichzelf beveiligen en hulp inroepen van collega's, bewaking of politie. Het moet hier duidelijk zijn dat veiligheid van de medewerker centraal staat, het gaat hier over bevrijdingstechnieken en niet over controletechnieken. De technieken zijn gepast zijn voor mensen uit de sociale sector, maw de medewerker probeert zichzelf te verdedigen door zo weinig mogelijk schade aan de aanvaller te veroorzaken. 
Tijdens de sessie worden de technieken gedemonstreerd met iemand uit de groep. De handelingen worden traag en stap voor stap uitgelegd, waarna de cursisten per paar de techniek kan oefenen. Tijdens de oefening gaat de docent bij iedereen langs om na te gaan of de techniek lukt en waar er problemen kunnen zijn. De nadruk ligt op humaniteit, legaliteit en uitvoerbaarheid.

Sofie De Pauw:
Vanuit mijn 14-jarige ervaring bij Justitie, initieel als justitieassistente daderbegeleiding en dan later als opleider/trainer/coach en supervisor, heb ik samen met mijn collega Stéphanie Van Neder een samenvatting gemaakt van de belangrijkste theoretische kaders m.b.t. het thema met een grote nadruk op de praktische toepassing ervan. Voor mij dienen deze theorieën werkelijk “tot leven te komen” door het aanreiken van oefenmateriaal en casuïstiek die een grote affiniteit vertonen met het werkveld van de deelnemers, zodat ze deze handvaten ook daadwerkelijk kunnen leren toepassen. Dit voornamelijk omdat ik na al die jaren vol overtuiging kan zeggen dat de basishoudingen die we hen aanleren in het omgaan met de diverse vormen van agressie ook écht helpen om in moeilijke situaties de agressie te kunnen indijken en te beheersen.
 
Stéphanie Van Neder:
Tijdens mijn opleidingen streef ik steeds naar het meegeven van enige duiding, een kader, theorie, maar dit steeds vanuit een praktische insteek. We kunnen allemaal boeken lezen over opvang en nazorg. Het accent in mijn trainingen ligt op de vertaling naar de praktijk. Wat betekent dit voor mij, hoe ga ik praktisch aan de slag met deze kennis? Interactie met de groep en oog voor groepsdynamiek is altijd een streven. De bedoeling is om tijdens de training de deelnemers te laten voelen, proeven en reflecteren over het thema. Een opleiding is geslaagd als deelnemers zich gesterkt voelen om met de materie aan de slag te gaan.

Hoe heeft u de voorbije reeks ervaren? Kreeg u achteraf feedback van de cursisten over de inhoud? Zoja, welke?

Sofie De Pauw: 
Ik heb dit jaar in maart deze opleiding voor het eerst gegeven binnen deze specifieke context en de reacties waren unaniem positief! Ik ben zelfs gevraagd om een korte samenvatting te geven van deze dag in een voordracht van anderhalf uur op de werkplek van 2 van de deelnemers, voor een 70-tal collega's die allen werkzaam zijn in een maatwerkbedrijf. Dat was een heel bijzonder en leuk vervolgverhaal op de initiële cursusdag en ook zeker voor herhaling vatbaar. Ik kreeg ook nog twee mails met concrete casussen en een vraag om advies en heb daar uiteraard en met veel genoegen op geantwoord, ook al gebeurde dit een aantal maanden na de opleiding.

Stéphanie Van Neder:
Het was voor mij een fijne ervaring. Een goede omkadering door Escala en een gedreven, leergierige groep. Ik heb zelf gepolst bij een aantal deelnemers die aangeven een leerrijke opleidingsdag achter de rug te hebben en waarbij de vele voorbeelden tot de verbeelding spreken. Naar de volgende reeks toe is het nog even verder zoeken naar het inbouwen van veiligheid om een tandje bij te steken in misschien de vorm van een rollenspel.

Wat is uw achtergrond, wat doet u naast het lesgeven bij Escala? 

Mike De Clercq:
Ik ben van opleiding criminoloog (voor meer info: https://www.linkedin.com/in/mikedeclercq/) en ik werk sinds 2001 in het Psychiatrische Centrum PC Sint-Jan-Baptist te Zelzate. Ik ben projectmedewerker voor het forensisch zorgcircuit en ik ben  tevens agressiebeheersingscoach voor het ziekenhuis. Binnen deze functie geef ik advies omtrent het agressiebeleid en samen met collega’s geef ik vorming aan medewerkers.

Sofie De Pauw:
Ik ben Criminologe van opleiding en heb naast mijn werkervaring binnen Justitie en de Vlaamse Overheid ook nog gewerkt voor Binnenlandse Zaken, meer bepaald als Attaché binnen de Civiele Veiligheid. Sinds vorig jaar heeft onze opleiding een officiële erkenning gekregen vanuit het Kenniscentrum en ondertussen heb ik al meerdere keren een opleiding mogen verzorgen voor de operationele brandweerlieden en ambulanciers, dus je zou kunnen zeggen dat de cirkel nu weer rond is. Onder onze firmanaam FIENIKS komen wij nu in meerdere specifieke contexten naast Justitie en geef ik ook voordrachten en opleidingen aan artsen, tandartsen, spoeddiensten, scholen, woonzorgcentra en in privéondernemingen. Het is uiteraard jammer dat ook die mensen binnen hun job geconfronteerd worden met diverse vormen van moeilijk gedrag en agressie, maar het is voor mij in ieder geval zeer motiverend en het geeft me bijzonder veel
voldoening om mijn kennis op die manier te kunnen overdragen en ik daarbij kan helpen of toch zeker een bescheiden bijdrage kan leveren om hun werkcontext op die manier een stuk veiliger en aangenamer te maken.

Stéphanie Van Neder:
Ik ben opgeleid als maatschappelijk werkster, victimologe, trainer en coach. Gedurende jaren heb ik op niveau van parket en rechtbank gewerkt met slachtoffers en hun na(ast)bestaanden van misdrijven waarbij mijn taak vooral bestond uit het informeren en ondersteunen tijdens moeilijke momenten in de gerechtelijke procedure. Ondertussen ben ik ook al jaren trainer, supervisor en coach van justitieassistenten en zorginspecteurs. Sinds mijn tewerkstelling in een HR team ligt mijn focus nu ook op het re-integreren van langdurig en chronisch zieken in het werkveld.

Waarom zou iemand deze opleiding zeker moeten volgen? 

Mike De Clercq:
De impact van agressie kan zwaar wegen op een organisatie. Agressie-incidenten tasten de veiligheid en het welzijn van medewerkers én cliënten aan. Ze beïnvloeden het leef- en werkklimaat en staan een kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening in de weg. Een agressiebeleid moet er voor zorgen dat er meer gedaan wordt dan enkele geïsoleerde maatregelen of crisisinterventies. Agressiebeheersing moet een duidelijke beleidskeuze zijn, enkel zo bereik je een blijvend effect. 
Een agressiebeleid voorkomt of reduceert de agressie van klanten en bezoekers. Het is een leidraad voor leidinggevenden en medewerkers hoe te handelen bij diverse situaties. Het maakt duidelijk wie tijdens en na een agressie-incident verantwoordelijk is voor een bepaalde actie en wie op welk moment moet worden gewaarschuwd.
De opleiding kan je tips of advies geven bij het ontwikkelen of het verder verfijnen van een agressiebeleid.

Sofie De Pauw:
Omdat helaas meer en meer mensen geconfronteerd kunnen worden met agressie, intimidatie en moeilijk gedrag, zowel op het werk als in de privésfeer en uit verschillende studies blijkt dat de personen die tijdens een agressie-incident effectief iets hebben kunnen doén om de agressie te beheersen, achteraf veel minder last hebben bij de verwerking ervan. Maar daar zal Stéphanie ongetwijfeld nog veel meer over vertellen.

Stéphanie Van Neder:
De opleiding is belangrijk om mensen zicht te laten krijgen op de mogelijke impact van incidenten. Het is niet de bedoeling om mensen af te schrikken, maar ik vind het zeer belangrijk om in het kader van agressie te wijzen op het gevaar van gewenning en een houding als ‘het hoort bij de job’. Ik raad deze opleiding eigenlijk aan iedereen aan want je hoeft geen traumaspecialist te zijn om op een warm menselijke manier om te gaan met incidenten die een impact nalaten. Deze opleiding is geen specialisatie in trauma. De opleiding wil mensen psycho-educatie aanbieden omtrent de mogelijke impact van een incident en het correct verlenen van een eerste opvang. De eerste opvang is van cruciaal belang naar de verdere verwerking toe . Te vaak horen we dat mensen niet weten hoe te reageren uit schrik om het foute te doen of te zeggen. Uit schrik omdat ze geen psycholoog of therapeut zijn. De opleiding toont aan dat je dit niet hoeft te zijn. 

Download hier onze brochure

Meer info omtrent opleiding agressiecoach